De (on)zin van taal – en dialectpromotie
Het gaat niet goed met de talige diversiteit in de wereld. Worden er vandaag de dag nog
zo’n 7000 talen gesproken, volgens inschattingen is er bij de volgende eeuwwisseling nog maar de helft over. Op vrijdag 8 juni organiseerden de Stichting Nederlandse Dialecten, de Fryske Akademy, Afûk en Variaties vzw daarom de dertiende streektalenconferentie in Leeuwarden met als thema de (on)zin van taal- en dialectpromotie. Wetenschappers, streektaalfunctionarissen en beleidsmakers uit Nederland en Vlaanderen kwamen aan het woord. Daarnaast stelden vertegenwoordigers van Wikitongues, een internationale beweging die zoveel mogelijk bedreigde talen wil vastleggen, hun project voor.
Passie en taalstandaarden
Hans Van de Velde van de Fryske Akademy opende vol gedrevenheid de conferentie met de opmerking “Waarom gaan linguïsten naar De Amazone terwijl het Kollumers ook nog niet beschreven is?” Dagvoorzitter Lutz Jacobi ging op hetzelfde elan verder: “Het begint
er mee dat vaders en moeders de streektalen met hun kinderen blijven praten” en “Ik vind het prachtig dat jullie met elkaar nadenken over hoe jullie de streektalen in Nederland kunnen behouden.”
De eerste spreker van de dag, Marten van der Meulen van de Radboud Universiteit uit Nijmegen, liet zien dat na een periode van taalstandaardisering langzamerhand meer variatie getolereerd wordt.
Eefje Boef, vertegenwoordiger van de Nederlandse Taalunie en tweede spreker, gaf aan dat de Taalunie zich tot nu toe vooral richtte op de variatie in het Standaardnederlands. Onlangs stelde de Taalunie een werkgroep met experts uit Nederland en Vlaanderen samen om het beleid rond taalvariatie na 15 jaar opnieuw onder de loep te nemen. Ze wil onder meer vooroordelen over taalvariatie bestrijden, zodat bijvoorbeeld mensen met een accent gelijke kansen krijgen op werk. Daarnaast wil de beleidsorganisatie een infrastructuur ontwikkelen waar alle taalvariëteiten gebruik van kunnen maken.
Vlaamse/Zeeuwse dialecten
Veronique De Tier (Universiteit Gent en Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland) en Geert Dehaes (be.brusseleir) vertelden hoe het gaat met de dialecten in Vlaanderen, Brussel en Zeeland en welke activiteiten daar de afgelopen jaren georganiseerd werden om het gebruik van het dialect te stimuleren. Vooral be.brusseleir organiseert veel activiteiten in het Brussels dialect. Zo is er ‘De Weik van ’t Brussels’ en zijn er verschillende theatervoorstellingen in het Brussels. Ook popmuziek in het dialect is tegenwoordig erg populair bij de Vlaamse jeugd. In Brussel en Vlaanderen kun je spreken van een culturele dialectrevival, want terwijl het aantal culturele activiteiten in het dialect nog nooit zo groot geweest is, neemt het gebruik van dialect in het dagelijkse leven snel af. Ook het gebruik van dialect in Zeeland wordt steeds zeldzamer. Helaas is er weinig geld beschikbaar om structurele activiteiten te ontwikkelen om deze teruggang tegen te gaan.
Wikitongues
Ook in andere regio’s van de wereld neemt de talige diversiteit snel af. Wikitongues is een non-profitorganisatie die zoveel mogelijk minderheidstalen en dialecten wil vastleggen via een geluidsopname en verspreiden via het internet. Daarvoor werken ze samen met ruim 800 vrijwilligers. Kristen Tcherneshoff en Daniel Bogre Udell vertelden over hun werkzaamheden en lieten voorbeelden zien van bedreigde talen die door Wikitongues al gedocumenteerd zijn. Ze hebben meteen van de gelegenheid gebruik gemaakt om vrijdag en zaterdag diverse Friese en Nederlandse dialecten op te nemen.
Taalpromoasje in Fryslân
In het middagprogramma was er aandacht voor de Friese taalregio, inclusief het Stellingwerfs. Nienke Jet de Vries, beleidsmedewerker bij de Provincie Fryslân, nam de ruim 50 deelnemers mee door de tijd, van de 19de- en 20ste-eeuwse Fryske beweging en Kneppelfreed tot het socialemediaproject Praat mar Frysk. De Provincie Fryslân steunt veel initiatieven om het gebruik van Fries te stimuleren en Nienke Jet gaf daar een mooi overzicht van. Dat gaat van het taalcadeau met Friese en meertalige boekjes en speelgoed voor kersverse ouders tot het les-, lees- en speelmateriaal rond het figuurtje Tomke voor jonge kinderen. Er komen ook steeds meer Friestalige apps voor de wat oudere kinderen die soms een educatieve functie hebben, maar soms ook alleen gewoon leuk zijn. Ook de uitgave van kinderboeken en Friese poëzie en literatuur kwamen aan bod.
50 jaar promotie van het Stellingwerfs
Henk Bloemhoff is sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw al actief betrokken bij de promotie van het Stellingwerfs. Toen al bestond er in die regio een groot draagvlak. De Stellingwarver Schrieversronte heeft sinds 1972 een belangrijke rol gespeeld in het beschrijven en het behoud van de streektaal. Zo worden er nog steeds regelmatig nieuwe (woorden)boeken uitgegeven en is er ook onderwijsmateriaal ontwikkeld dat op de scholen in de Stellingwerven kan worden gebruikt. Nieuw is een cursus Stellingwerfs voor kinderen op het primair onderwijs die wel wat meer aankunnen: 8 leerlingen uit de regio hebben dit jaar examen gedaan.
Promotiecampagnes op sociale media
Lysbeth Jongbloed-Faber (Fryske Akademy/Maastricht Universiteit) doet promotieonderzoek naar het Fries op sociale media. Momenteel onderzoekt ze het effect van de promotiecampagne Praat mar Frysk op het gebruik van Fries op Facebook, of kort gezegd Facebookfrysk. Dit doet ze door te onderzoeken welke kenmerken van de Praat mar Frysk-posts de populariteit van de post en het taalgebruik door de volgers beïnvloeden. Zo blijken de frisisme-posts, humoristische posts waarin Friese uitdrukkingen letterlijk in het Nederlands zijn vertaald, heel populair. Niet alleen krijgen ze vaak veel ‘likes’, de reacties van de mensen zijn ook vaak in frisismen. Ook posts over bekende Friezen doen het heel goed. Posts waarin expliciet naar een reactie gevraagd wordt, krijgen de langste reacties in het Fries. Lysbeth zal dat taalgebruik in de reacties nog verder analyseren.
Delen en verbinden met andere minderheidstaalgebieden
Als je het vergelijkt met andere regio’s loopt Fryslân vaak voorop. Mirjam Vellinga vertelde over de samenwerking van de Afûk met veel internationale partners uit bijvoorbeeld Wales of Baskenland. De Afûk (Algemiene Fryske Ûnderrjocht Kommisje) is een instelling die de Friese taal en cultuur promoot en verspreidt. De Friese Twitterdag bijvoorbeeld is door verschillende andere minderheidstalen overgenomen, maar soms werkt het ook andersom. Het barteljen dat Omrop Fryslân en de Afûk onlangs in Fryslân geïntroduceerd hebben, is een traditie uit Baskenland die jaarlijks volle zalen trekt. Verder is Leeuwarden-Fryslân 2018 de tweede Culturele Hoofdstad van Europa op een rij waar een minderheidstaal wordt gesproken. Donostia (Baskenland ) ging LF2018 in 2016 voor, en Galway (Ierland) volgt in 2020. Lân fan Taal is min of meer een vervolg op het minderheidstalenproject Tosta dat in 2016 opgezet is in Donostia, en ook Galway heeft de intentie deze verbintenis van kleine talen door te zetten.
Beleid, materiaal en activiteiten gericht op jonge kinderen
Het congres werd afgesloten met twee panelgesprekken. Het eerste ging over taalpromotie gericht op jonge kinderen, het tweede over taalpromotie door middel van cultuur. De verschillen tussen de regio’s zijn groot. Terwijl in Fryslân SFBO intussen ruim 200 meertalige peuterspeelzalen en kinderdagverblijven begeleidt, is dat in andere regio’s vrijwel onbestaande. De belangrijkste redenen daarvoor zijn kleine budgetten en/of relatief gezien te weinig dialectsprekers. Verder spraken de panelleden over het gebruik van streektaal door kinderen. In diverse regio’s houden kinderen op met de streektaal te praten als ze naar de kinderopvang of naar school gaan. Kinderen worden erg beïnvloed door het taalgebruik van hun leeftijdgenoten. Als er dus te weinig kinderen in hun omgeving de streektaal praten, kan dat een negatieve invloed hebben op het gebruik ervan.
Cultuur in vergelijkend perspectief
In de meeste regio’s worden de streektalen veel gebruikt in cultuur. In Overijssel wordt bijvoorbeeld het Zunnewende-festival georganiseerd. Dat trekt jaarlijks duizenden bezoekers. Dat geldt ook voor het Brabants Dialectenfestival Lieshout in Noord-Brabant. Alleen komen op laatstgenoemde vooral de oudere generaties op af. Ook muziek in streektalen doet het in de meeste regio’s goed, ook door en voor jongeren, zoals De Hûnekop in Fryslân en Marlene Bakker in Groningen. Helaas lijkt streektaalmuziek in een paar regio’s niet bij de jongere generaties aan te slaan en zijn er ook geen jonge artiesten die de streektaal willen gebruiken.
Cultuurdag in de Talentuin
In navolging op het congres werd er op zaterdag 9 juni in De Taletún in Leeuwarden een culturele dag georganiseerd. De mooiste streektaalmuziek, workshops met tips & tricks om zelf verhalen en poëzie te schrijven, een dialectsprekende goochelaar uit Drenthe en heel veel verhalen en poëzie om van te genieten waren de belangrijkste ingrediënten van die dag.